Bijgevoegd de beantwoording van het College van B&W.

Op 1 juli 2016 treedt – zoals het nu lijkt – de nieuwe Wet Natuurbescherming in werking.  Deze wet vervangt of is eigenlijk een samenvoeging van de Natuurbeschermingswet 1998, de Flora en Faunawet en de Boswet.

Uitvoeringsgevolgen inwerkingtreding nieuwe Wet natuurbescherming

Voortaan wordt aanhaken bij een aanvraag om omgevingsvergunning verplicht met de nieuwe Wet natuurbescherming (Artikel 10.8 Wet natuurbescherming). Omdat de aanvragen bij de gemeenten binnenkomen, moeten zij deze zelf kunnen toetsen op volledigheid.In de praktijk betekent dit dat de volledigheidstoets het enige moment is om er voor te zorgen dat een initiatiefnemer bij ruimtelijke activiteiten vooraf rekening houdt met wettelijk beschermde natuurwaarden.

Bij een aantal activiteiten uit de omgevingsvergunning is de kans op effecten op beschermde soorten groot. Denk bijvoorbeeld aan het bouwen van een dakkapel en aanwezigheid van vleermuizen, het kappen van bomen met nestelende vogels, of het bouwen van bouwwerken of aanleggen van een weg en amfibieën. Het zorgvuldig uitvoeren van een volledigheidstoets is voor een gemeente dan ook een belangrijke taak!

Dit betekent ook dat wanneer de aanvrager om een omgevingsvergunning “Handelingen met gevolgen voor beschermde plant- en diersoorten of gebieden” niet heeft aangevinkt, terwijl de gemeente redelijkerwijs had kunnen weten dat de aangevraagde activiteit een negatief effect heeft op beschermde natuur, de gemeente geen omgevingsvergunning mag verlenen

De VNG geeft aan dat de kennis voor deze toetsing op dit moment voornamelijk bij de provincie en het Rijk ligt en verwacht problemen op dit punt met de ingang van de nieuwe Wet Natuurbescherming.

Verder kan de gemeente via het bestemmingsplan, de eigen natuurambitie en een toets op volledigheid van de aanvraag een actieve rol spelen bij de bescherming van natuur.

De hierboven beschreven rol wordt met de Wet Natuurbescherming alleen maar belangrijker. In de nieuwe wet wordt de aansluiting bij natuur in de omgevingsvergunning versterkt.

Het vorenstaande is voor de fractie van GroenLinks aanleiding voor de volgende vragen:

  1. Is gemeente Assen voobereid op de invoering van de Natuurbeschermingswet en zo ja op welke wijze?
  2. Heeft de gemeente Assen voldoende personele capaciteit om deze uitbreiding van taken op te pakken ? Zo nee, hoe wordt dit opgelost ?
  3. Heeft de gemeente Assen voldoende kennis in huis  om deze taak goed uit te voeren? Zo nee, hoe wordt dit opgelost
  4. Hoe pakt de gemeente Assen op dit moment de actieve rol bij de bescherming van de natuur in relatie tot omgevingsvergunningen en is hier (intern) beleid op ontwikkeld ?
  5. Hoe kijkt het college aan tegen de extra mogelijkheden die de Wet Natuurbescherming op dit vlak biedt ?